Een beetje rondhangen

kapsel 1973
Gedurende de eerste week van de herhalingsoefening, hing ik maar wat rond. Gelukkig kwam er geen kapper langs. Ik had weer wat PSU opgehaald en in de kast gedaan. Het ging allemaal op een gezapige manier en aan de regels had ik lak. Wat dat betreft had ik mijn conclusies eerder al getrokken, toen ik in 1970 Zuidlaren verliet. Afgezien van de kadaverdiscipline, was ik ook de amateuristische gevechtsmethodes, de alles behalve functionele kleding en armtierige wapens meer dan zat. Ik had er gewoon geen zin in. Dat veranderde deels toen de rest van de compagnie arriveerde. Dat was een week later. Het was erg leuk elkaar na zo'n drie jaar weer te zien.
De tweede week begon al lekker verkeerd. Ik was samen met twee maten 's avonds op stap en we kwamen geheel onverwacht een officiersmess binnen. Natuurlijk werden we subiet weer weggestuurd, maar een van de maten, soldaat Bodewes, begon stampij te maken. Hij was namelijk al wat aangeschoten. Het kwam erop neer dat Bodewes achterbleef en wij met z'n tweeën onze weg vervolgden.
De volgend ochtend op het appèl stond Bodewes zowaar met een bril met zwart montuur op zijn hoofd aangetreden. Wat was het geval? Een officier kwam even iemand aanwijzen, die zich de avond ervoor misdragen had! We moesten op linie gaan staan (één lange rij naast elkaar) en nog voordat de officier zijn controle begon, schreeuwde de kapitein : "Soldaat Bodewes, waarom heb jij die bril op!!" Hoe Bodewes er vanaf gekomen is, herinner ik me niet meer.