Een leger met oude meuk

"Kijk", klinkt enthousiast, "deze telex bediende ik toen ik in de jaren 80 nog in militaire dienst was!" Op een foto staat apparatuur, die mij heel bekend voorkomt. Die apparatuur heb ik rond 1962 (bijna 25 jaar eerder dus) bij mijn pa (telegrafist) op zijn werk ook gezien. Precies dezelfde. Alleen was het toen nog wat modern, al gebruikte pa in die tijd ook nog de seinsleutel. En wat blijkt? Meer dan 20 jaar later wordt die telex-meuk nog gebruikt. Eerder zag ik een foto van een telefooncentrale uit eind jaren 80 voorbijkomen. Compleet met een bakelieten toestel op een bureau op de achtergrond. Ach ja, ons leger doet graag veel met meuk, oude troep.
Iemand schreef trots over de Starfighter. Je weet wel, die raket met vleugeltjes. Ja,ja, dat was een mooi toestel, zo schreef hij. Oké, het oog wil ook wat. Ik heb er aardig wat van zien en horen voorbijrazen. Maar dat onding werd ook 'widow maker' genoemd. Meer dan 30% viel uit de lucht. Dat was wat minder dan een voorganger, de Thunderjet. Van dat onding viel jaarlijks 10 stuks uit de lucht. En dat 5 jaar lang.
Alsof het allemaal niet erg genoeg is, benoemt men de laatste decennia vrouwen tot minister en staatssecretaris van Defensie. Nou, de effecten zijn duidelijk : het leger takelt af en de aandacht voor de getraumatiseerden blijft opvallend genoeg nul.

Slappe hap

Soms zie ik foto's voorbijkomen, waaraan ik vrij snel kan zien uit welke tijdsperiode ze stammen. Het gaat om foto's van voormalig dienstplichtige militairen. Veel mensen denken dat de militaire dienstplicht is afgeschaft, maar dat is niet zo. De opkomstplicht is wel afgeschaft. De dienstplicht dus niet.
Maar goed, er komen soms foto's voorbij waarop militairen hun vuurwapens op elkaar of op de fotograaf richten. Daar kijk ik direct onaangenaam verrast van op. Immers, één van de belangrijkste veiligheidsmaatregelen waar op gehamerd werd, was dat je een vuurwapenop iemand anders richten mocht. Nooit, dus ook niet wanneer het wapen niet geladen is of van een (rode) stop voorzien is. Veiligheid voor alles. Ik heb in mijn omgeving nooit iemand een vuurwapen op een persoon zien richten. Daar leek de doodstraf op te staan. Maar de latere dienstplichtigen (jaren 80, 90) waren wat dat betreft minder disciplinair. Ik herken de tijdsperiode trouwens ook aan de haardracht. Veel militairen na 1970 dragen lang haar. Geen gezicht, maar ja het gaat primair om de mentaliteit. Maar die nam dus ook flink af.Wat mij ook opviel was dat men later de militairen van allerlei certificaten en medailles ging voorzien. Ook van officiële dankbetuigingen. Er kwamen ook veel meer souvenirs in omloop, zoals bordjes, tegeltjes, munten, wimpels enz. In mijn tijd deed men niet aan dat soort flauwekul. Dat belastinggeld ging toen nog naar de aanschaf van munitie....
Mijn vader moest vanwege zijn werk (Marine) dan weer naar Den Helder, dan weer naar Vlissingen en dan weer naar Rotterdam reizen. Dat heeft hij jaren lang gedaan. Toen onlangs bekend werd dat een kazerne met mariniers moet verhuizen, brak de pleuris uit. Mijn vader was vaak weken en soms maanden van huis. Dan was ie aan het varen. Een keer was ie zelfs 18 maanden van huis (Nieuw Guinea). Dat was vrij normaal.

In gepeins verzonken

Gewoonte getrouw gaat pas in de maand oktober bij ons de centrale verwarming weer aan het werk. Maar het is vandaag toch erg koud. Of is de overgang van het weer erg groot?
Koud dus. Vandaag luisterde ik naar een nummer van The Marmalade, Reflections of my life. Het bracht me terug naar die steenkoude oefening in het voormalig West Duitsland, in Sennelager. December 1969 - januari 1970, bivakkeren in een tentje. Sneeuw, koude nachten en natte kleding. Brrr! We bevonden ons midden in de Koude Oorlog compleet met een serieuze dreiging van een nucleaire aanval en de aanwezigheid van ultra linkse terreurgroepen. In Vietnam woedde al jaren een oorlog. Daaraan werden we herhaaldelijk herinnerd. Als dienstplichtig militair voelde ik me klem zitten tussen 'het vaderland dienen' en de vredesbewegingen. Het was toen voor het eerst dat ik eens goed nadacht over mijn situatie. Over mijn leven, mijn toekomst, de mogelijkheden van het uitbreken van een oorlog en de gevolgen ervan. Ik begreep toen beter waarom mijn vader mij liever niet als beroeps naar de Marine zag gaan. Er waren tijdens die ijzige oefening in Sennelager (december '69 - januari '70) geregeld momenten, waarop ik nat en verkleumd, in een soort roes nadacht over de nut van dit alles en erg verlangde naar huis. Achteraf gezien toch wel wat schokkend, dat ik op zo jonge leeftijd (21) zo over mijn leven begon na te denken en naar een veilig onderkomen verlangde.